Olifanten

Werkstukken en spreekbeurten

Wat het eerste opvalt bij een olifant is zijn lange slurf. Wist je dat de slurf is ontstaan uit de neus en de bovenlip?

Soorten olifanten

Er zijn drie soorten olifanten: de Afrikaanse olifant, de bosolifant en de Aziatische olifant. Afrikaanse olifanten zijn de grootste landdieren ter wereld. Deze kunnen wel 4 meter hoog worden. Lang werd gedacht dat de bosolifant onder de Afrikaanse olifantsoort viel, maar onderzoekers zijn erachter gekomen dat het om een aparte soort gaat. De bosolifant is kleiner en donkerder dan de Afrikaanse olifant, en heeft rondere oren. 

Een Aziatische olifant wordt niet hoger dan 3,5 meter. Een Afrikaanse olifant heeft grotere oren dan een Aziatische olifant. Een Afrikaanse olifant weegt 3000 tot 7000 kilo en een Aziatische olifant 2000 tot 5000 kilo. Dat is ongeveer even zwaar als een vrachtwagen.

Slurf

De slurf van de olifant is ontstaan uit de neus en de bovenlip. In een slurf zitten heel veel spiertjes. Daarom kan de olifant hem makkelijk bewegen en is hij ook heel krachtig. De olifant kan er zelfs boomstammen mee optillen. Verder kan de olifant met de slurf trompetteren, voedsel pakken en in zijn mond stoppen en ook kan hij met de slurf douchen. Hij zuigt er dan water mee op en sproeit dat over zichzelf heen.

Planteneters

Olifanten zijn herbivoren. Dat zijn planteneters. Olifanten eten bijna de hele dag door. Afrikaanse olifanten kunnen wel 270 kilo voedsel per dag eten. Door al dat eten en het soort voedsel rommelt de buik van de olifant de hele tijd. Alleen als er gevaar dreigt, is de buik stil. Dat is voor andere olifanten een teken dat er iets aan de hand is.

Kiezen

Een olifant heeft in zijn bovenkaak twee kiezen en in zijn onderkaak ook. Door al dat kauwen slijten de kiezen snel. Als de kiezen helemaal versleten zijn, komen er nieuwe voor terug. Na zes keer nieuwe kiezen te hebben gekregen, krijgt de olifant geen nieuwe meer. De olifant kan dan niet meer eten en overlijdt. Hij is dan ongeveer zestig tot zeventig jaar oud.