Vogels

Werkstukken en spreekbeurten

Mannetjesvogels zijn vaak mooier gekleurd dan vrouwtjesvogels. Waarom heeft de natuur dat zo geregeld, denk jij?

Veren en vleugels

Alle vogels hebben gemeen dat ze veren en vleugels hebben. Het hebben van vleugels betekent niet dat ook alle vogels kunnen vliegen, want bijvoorbeeld de struisvogel en de pinguïn kunnen dat niet. Toch zijn ook dat vogels, vanwege de vleugels en de veren.

Opvallen of niet

De veren van een vogel hebben allerlei functies. Een van de belangrijkste functies is isolatie. Dat wil zeggen dat de veren de vogel warm houden bij kou, en koel bij grote warmte. Dicht op de huid zitten de kleine zachte donsveertjes. Aan de buitenkant zitten de grote gekleurde dekveren. Bij vogels is er vaak een groot verschil tussen de mannetjes en de vrouwtjes. De mannetjes hebben allerlei bonte kleuren en vallen op. De veren van de vrouwtjes hebben juist geen opvallende kleuren en zien er wat saai uit. Dit komt omdat de vrouwtjes meestal voor de jongen zorgen, en dan is het veiliger om niet te veel op te vallen. Het mannetje moet juist wel opvallen, om zo beter vrouwtjes aan te trekken.

Snavel

Aan de snavel van een vogel kun je goed zien wat hij eet. Vogels met een spitse snavel eten vooral insecten. Zaadeters hebben juist een korte, meer ronde snavel. Daarmee kunnen ze goed kleine zaadjes openbreken. Vogels die hun voedsel diep uit de grond moeten halen, hebben een lange, dunne snavel. En roofvogels hebben een dikke, haakvormige snavel waarmee ze goed stukken vlees kunnen afscheuren.